Het is bijna zo ver: op zaterdag 12 oktober vindt er een reünie plaats van Café Manus in Andrea’s Borrelbar. Vanaf 20.00 uur is iedereen die een warme connectie heeft met deze kroeg van harte welkom: oude, nieuwe en huidige gasten. De formule luidt: ‘de zoete inval’, zonder vooraanmelding en kaartverkoop en met gratis entree. Neem jezelf mee en veel goede zin, en het wordt een spetterende avond.

Door Lydia Notz

Andrea heeft er zelf al heel veel zin in. “Het idee is ontstaan door oud-werknemers van Café Manus die hier werkten, elkaar graag weer willen ontmoeten en die vroegen om een reünie. De avond is bedoeld als gezellige inloop, elkaar vinden, met elkaar kletsen en herinneringen ophalen. Oudere jongeren, jongeren, (oud-)personeelsleden, toenmalige gasten, huidig en toekomstig publiek kunnen zich tijdens die avond helemaal uitleven.”

In maart van dit jaar vierde Andrea haar 15-jarig bestaan. In 2009 nam zij Café Manus over. Als toenmalige stamgast beviel het haar hier zo goed, dat zij op een gegeven moment besloot aan de andere kant van de tap te gaan staan. Net als veel toenmalige gasten overigens.

De naamsverandering in ‘Andrea’s Borrelbar’ vond in 2020 plaats.

“De formule van Café Manus hebben wij destijds bewust intact gelaten: een gezellig bruincafé met allerlei biersoorten en regelmatig activiteiten zoals de Avond van het Nederlandse Lied, Bingo en livemuziek. Een ‘natte horeca’ locatie zoals het zo mooi heet, waar iedereen zich thuis voelt. Ook hebben wij toen het personeelsbestand compleet overgenomen”.

Manus richtte In 1988 zijn café op. De jongeren die hier in de jaren 90 vaak vertoefden, hebben inmiddels zelf kinderen die tot de vaste bezoekers behoren.

“De leeftijd van onze gasten is heel gevarieerd. Van 18 tot 50+ komt hier iedereen. Veel werkende mensen drinken doordeweeks na het werk even een drankje om te ontspannen. In de zomer bezoeken veel fietsers ons terras en in het weekend tref je hier in de avonden juist veel jeugd aan. Nu kijken we uit naar 12 oktober, het wordt zeker heel gezellig.”