Ik heb afgelopen week voor het eerst sinds Nederland – Verenigde Staten (WK) weer eens een volledige wedstrijd op televisie gezien. De wedstrijd die Oranje daarna tegen Argentinië (lees: Nederland tegen de FIFA) moest spelen heb ik namelijk niet helemaal uitgezeten. Sindsdien kijk ik geen voetbal meer en ik moet zeggen, dat bevalt me uitstekend. Het is even afkicken, maar na een paar maandjes weet je niet beter en ga je je automatisch in de stikstofproblemen verdiepen. Ik kan het iedere voetbalfan aanraden.

Maar in een vlaag van verstandsverbijstering, hoorde ik het beginsignaal van AZ tegen West Ham United en zat ik ineens naar een wedstrijd te kijken. Omdat ik niet meer op de hoogte was van de voetbalontwikkelingen wist ik niet eens meer waar er om werd gestreden. Het bleek om de halve finale van de Conference League te gaan. De afstandsbediening lag net buiten mijn handbereik en ik was te lui om op te staan. Afijn, ik besloot om te kijken.

Ik zag een Nederlandse ploeg negentig minuten lang ploeteren tegen een Engelse afvaardiging met spierbundels die van een rugbyveld leken te zijn geplukt. De shirts stonden strak gespannen om de Hulk-armen. Ze trokken een tattoo-muur op voor hun doel en zorgden voor een mooie demonstratie van een destructief voetbalavondje. AZ wist desondanks wel een paar kansen te creëren, maar dan voor West Ham United.

Er viel werkelijk waar anderhalf uur lang geen donder te beleven in het doodse AFAS-stadion. Er zat wat klapvee in een 3D-voetbalbisocoop. En voor ons thuis leek het alsof we naar een soort livestream van de uitvaart van ome Cor zaten te kijken, die uiteindelijk toch nog 96 jaar is geworden. God hebbe zijn ziel. Toch bleef de lusteloze AZ-aanhang vertrouwen houden op een gunstig resultaat. Totdat een in voetbalkleding gehulde tank uit Londen het laatste restje hoop uit het verveelde Pathé-publiek trok: 0-1. En daar was het laatste fluitsignaal al.

Hoogste tijd voor de donker geklede capuchon-kneuzen om een hek te gaan slopen en de tribune van West Ham United-supporters te gaan bestormen. Want dit konden ze natuurlijk niet zonder vergelding over zich heen laten gaan. Er moest iets gebeuren en ja, dan maar wat familie van de Engelse spelers aanvallen. Alsof de afstraffing voor AZ al niet erg genoeg was, werd het nu ook nog eens een gigantisch Nederlands gezichtsverlies voor de hele voetbalwereld. Dat kun je gerust aan die bandana-mislukkelingen over laten.

Het valt kennelijk niet mee om gezichtsverhullende kledij te weren uit de stadions (hoe moeilijk kan dat zijn?). Een rookverbod handhaven is blijkbaar veel eenvoudiger. De enige manier om dit gedrag uit te bannen is om deze proleten belachelijk te maken. Cabaretiers, voetbalprogramma, nieuwsuitzendingen en columnisten, verenigt u. Ga allen vol in de aanval. Bespot ze met naam en toenaam en uiteraard met hun foto erbij. Alleen dan kunnen we ze misschien uitbannen. Pas als ik een jaar lang geen berichten over ongeregeldheden heb gehoord, ga ik proberen weer eens een hele wedstrijd uit te zitten. Tot die tijd interesseer ik me in de toeslagenaffaire.

Andy Marcelissen (Raamsdonkveer, 23 maart 1967) is tonprater, dichter en theatermaker en natuurlijk: Brabander. Hij geeft in deze column wekelijks zijn kijk op de actualiteiten, maar wel altijd: MET EEN VETTE KNIPOOG.