Museum Bevrijdende Vleugels stond afgelopen zaterdag en zondag in het teken van de bevrijding. Liefhebbers konden over het grote museumterrein rondzwerven, de hallen bezoeken en rondritten maken in historische legervoertuigen uit de Tweede Wereldoorlog. Daar werd dankbaar gebruik van gemaakt.

Door Theo Louwers

Overal op het museumterrein gebeurde wel iets. Jonge mannen in legeruniformen uit de Tweede Wereldoorlog demonstreerden wapens, hadden tentjes opgezet en lieten zien hoe afweergeschut werkte.

Veel bezoekers namen plaats in de jeep om over het terrein een ritje te maken. “Mag ik zelf ook een keer rijden?’ vroeg een jongeman, die plaatsnam achter de bestuurder. “Nee, dat mag niet”, legde de chauffeur uit. “Dat heeft te maken met de verzekering.” Ook Lucas genoot van een rit in een jeep. “Je kon kiezen uit verschillende routes”, zei hij na afloop. “Ik heb gekozen voor de ruigste route. We werden flink door elkaar geschud.”

Zijn moeder had de witte doeken gezien die op een route waren opgehangen. Ze vroeg zich af wat die te betekenen hadden. “Dat is een kunstwerk”, legde een van de medewerkers uit. “De doeken verbeelden de landing van de parachutisten van de 101e Airborne Divisie hier op het terrein.”