Toen de woningbouw in het Wilhelminadorp goed op gang kwam, is besloten om een aantal straten te vernoemen naar verzetshelden uit de Tweede Wereldoorlog. Niet zo heel vreemd, want destijds, vlak na de oorlog, leefde die herinnering aan de vreselijke dagen van de bezetting nog zeer sterk. Vanwege het 75-jarige bestaan van het Wilhelminadorp publiceert Groeiend Best daarom een serie verhalen die de verzetshelden toelicht waarnaar die straten zijn vernoemd. Ze zijn geschreven door Adrie Brands en eerder al gepubliceerd in het blad van de heemkundekring ‘Dye van Best’. Vandaag deel 5: Jan Campert.

Door Adrie Brands

In onze serie over verzetshelden naar wie in Best straten zijn vernoemd, verhalen we deze keer over Jan Campert. Deze verzetsheld werd geboren in Spijkenisse en bracht zijn jeugd door in Westkapelle, waar zijn vader huisarts was. Na de HBS en de Handelsschool werkte hij een aantal jaren bij de Twentse Bank. Hierna ging Jan de journalistiek in en schreef hij voor een groot aantal kranten. Zijn leven kenmerkte zich door een wat slordige afwerking: tweemaal gescheiden, verscheidene minnaressen, vechtpartijen met medeminnaars, drankmisbruik en chronisch geldgebrek. In 1941 verscheen er een boek van hem: ‘Slordig beheer’ dat weergaf hoe de schrijver zijn bestaan ervoer.

Verzet door het woord

Jan Campert hield van vrijheid en ongebondenheid. Al in 1933 schreef hij de ‘Ballade van de verbrande boeken’ waarin hij de politieke situatie in Duitsland aan de kaak stelde. Toen hij op 5 maart 1941 de bekendmaking van de moord op vijftien verzetslieden en drie stakers van de Februaristaking las, schreef hij het overbekende gedicht ‘Het lied der achttien dooden’. Dit gedicht is het wellicht het bekendste gedicht over het verzet in Nederland.

Verzet met de daad

In 1942 hielp Jan Campert Joden de Belgische grens over te komen. Bij een van deze acties, op 21 juli 1942, werd hij door de Duitsers opgepakt en in Breda gevangen gezet. In oktober van dat jaar werd hij via Sint-Michielsgestel en Amersfoort naar het concentratiekamp Neuengamme getransporteerd. Hier is hij op 12 januari 1943 aan borstvliesontsteking overleden.

Omstreden verzetsman

Rond de heldenstatus van Jan Campert hebben enige tijd twijfels bestaan. Zo heeft hij in het begin van de NSB-tijd, artikelen geschreven voor deze, toen nog nationale, partij, en zijn hulp aan joden zou mede door chronisch geldgebrek zijn ingegeven. Dit is echter moeilijk te rijmen met zijn ‘Ballade van de verbrande boeken’ en het gedicht ‘Het lied der Achttien dooden’, waaruit een heel andere bevlogenheid spreekt.

Rond de dood van Jan Campert deden ook geruchten de ronde. In 2005 verscheen er in de krant NRC een artikel waarin een voormalig verzetsman beweert dat hij van een medegevangene van Jan Campert gehoord had dat hij niet gestorven zou zijn aan borstvliesontsteking, maar dat hij door medegevangenen vermoord was omdat hij verraad gepleegd zou hebben. Dit bericht bracht veel commotie teweeg. Na onderzoek door de gemeente Den Haag is gebleken dat er geen enkel bewijs voor deze beschuldiging te vinden was. Jan Campert was een mens van vlees en bloed, die zijn best deed het goede te doen en zich bewust was hier niet altijd in te slagen. Hij maakte waar wat hij ten diepste wilde zijn: een stem tegen onrecht en barbaarsheid.